Roberto González-Monjas speelt én dirigeert Mozart

Eerste gastdirigent Roberto González-Monjas begon zijn carrière als concertmeester, kamermusicus en soloviolist. Ook vandaag treedt hij nog regelmatig op als violist. Soms combineert hij het dirigeren en het vioolspelen, zoals in zijn opname van Mozarts bekende Haffnerserenade met het Musikkollegium Winterthur. Op vrijdag 3 mei kan u Roberto González-Monjas voor het eerst in beide hoedanigheden zien optreden in Brussel. Hij dirigeert die avond in Bozar immers niet alleen Moessorgsky’s Schilderijententoonstelling, maar is ook dirigent én vioolsolist in Mozarts Vierde vioolconcerto.

 

Iemand die vandaag dirigeert en soleert is vrij ongewoon. Was dat in Mozarts tijd anders?

 

Ja, want toen bestonden er nog geen echte dirigenten. Toch niet op de manier zoals wij die vandaag concipiëren. Voor grote werken zoals opera’s en symfonieën had je meestal wel iemand die alles in goede banen leidde, zoals een klavecinist die de aria’s, duetten en ensemblestukken vanachter zijn klavecimbel dirigeerde, maar bij een concerto vond men dat niet altijd nodig. Daar was het vaak de solist die de leiding nam – en dus ‘dirigeerde’. Hoogstwaarschijnlijk heeft Mozart zijn vioolconcerti niet alleen gecomponeerd, maar ook gespeeld en gedirigeerd.

 

Hoe zien jouw repetities eruit? Hou je je eerst als dirigent bezig met het orkest om dan daarna de viool ter hand te nemen?

 

Nee, je moet het echt als kamermuziek bekijken. Eigenlijk heeft een orkest in zo’n repertoire nauwelijks een dirigent nodig. Enkel als het echt moeilijk wordt, is hij of zij gevraagd. We repeteren dat concerto dus alsof het kamermuziek is: de dirigeerstok laat ik voor de repetities van het vioolconcerto in mijn loge liggen.

 

Mozart schreef in totaal vijf vioolconcerti: één in 1773 en de overige vier in 1775. Daarna heeft hij nooit meer een vioolconcerto gecomponeerd, al komt de Haffnerserenade wel dicht in de buurt. Hoe komt het dat de solistenpartij van de Haffnerserenade virtuozer is dan die van de vioolconcerti?

 

De vijf vioolconcerti zijn eigenlijk visitekaartjes van Mozart. Ze zijn niet noodzakelijk gemakkelijker dan de Haffnerserenade, maar wel heel comfortabel om te spelen. In een brief naar zijn vader schreef Mozart over een zijn vioolconcerti: “als ik dat werk speel, dan geloven mensen dat ik de beste violist ben van Europa”. Als allround musicus – pianist, componist, Kapellmeister en violist – wou Mozart zich zo goed als mogelijk kunnen presenteren aan potentiële opdrachtgevers, zeker in die periode. De laatste twee vioolconcerti zijn gecomponeerd met de Italiaanse violist Antonio Brunetti in gedachten, die na Mozart Konzertmeister werd in Salzburg. Je ziet dat de insteek van het Vierde en het Vijfde vioolconcerto al iets virtuozer is. En die ontwikkeling zet zich door bij de serenade die Mozart in de zomer 1776 voor de familie Haffner componeerde.

 

Wat heeft het Vierde vioolconcerti dat de andere vioolconcerti niet hebben?

 

Mensen scheren die vioolconcerti vaak over één kam, maar hoe meer ik me met die vijf werken bezig hou, hoe meer ik besef hoe verschillend ze eigenlijk van elkaar zijn. Ik doe momenteel heel wat onderzoek naar Mozarts vioolconcerti, omdat ik ze ook aan het opnemen ben. Het Vierde vioolconcerto ademt een rustieke atmosfeer uit: het is een muzikale weergave van het plattelandsleven in al zijn rijkdom, met doedelzakken en verschillende dansen. Het begin is natuurlijk is natuurlijk heel erg bekend en in het tweede deel hoor je een Italiaanse romance. De schoonheid van het boerenleven!

 

Het andere werk dat je dirigeert, is Moessorgsky’s Schilderijententoonstelling, eigenlijk een werk voor piano dat werd georkestreerd door Maurice Ravel.

 

Naast Rimsky-Korsakov beschouw ik Ravel als misschien wel het grootste orkestratiegenie ooit: hij was een absolute meester in orkestkleuren. Het originele pianowerk van Moessorgsky is een prachtige partituur die bulkt van het leven. Wilde Russische muziek met elementen uit de orthodoxe koormuziek. Ravel gaat dat werk gaan interpreteren, voegt daar met zijn orkestratie een eigen laag aan toe. Plots krijg je het kleurenpalet van de vroegtwintigste-eeuwse Franse muziek. We hebben dus niet met één, maar met twee componisten te maken. Het alsof je Shakespeare in het Italiaans zou opvoeren, of een werk van Rafaël zou laten herschilderen door een Franse impressionist.

 

Moessorgsky was – zoals vele vroege Russische componisten – iemand die nooit een professionele opleiding volgde. Merk je dat aan de partituur?

 

Daarvoor wordt hij inderdaad steeds weer bekritiseerd, maar ik vind dat een beetje onterecht. Moessorgsky was iemand die duizenden stukken schreef. En alles vloeide rechtstreeks uit zijn ziel. Hij had een heel drastische, intuïtieve, rechtstreekse manier van componeren. Met regels heeft hij nooit rekening gehouden. Dat zorgt ervoor dat zijn composities misschien niet perfect zijn, maar wel ongelofelijk veel karakter hebben. Zijn symfonisch gedicht Een nacht op de kale berg kennen de meeste mensen via een herorkestratie van Rimsky-Korsakov. Als je echter naar het origineel luistert, dan hoor je in bepaalde koorpassages verschrikkelijk dissonerende klanken. Ik hou meer van de originele versie dan van de orkestratie van Rimsky-Korsakov omdat die me dichter brengt bij Moessorgsky’s moeilijke, soms verwarde, maar altijd weer bijzonder interessante geest.

 

Hoe bevalt je dirigentencarrière je tot nu toe?

 

Fantastisch! Al is het heel hard werken. Ik ben pas 5 à 6 jaar geleden met dirigeren begonnen en leer nu veel nieuw repertoire. De komende maanden worden bijzonder interessant, onder andere met een uitvoering van de Mattheuspassie, een La bohème-productie en zelfs enkele wereldcreaties. En ik ontdek ook steeds meer orkesten. Maar het is een zeer druk leven en ik moet zorgzaam omspringen met mijn tijd. Daarnaast zijn er ook nog de cd-opnames die ik doe … dat is een manier om de tijd even stil te zetten en een moment voor altijd te bewaren. Idealiter duik ik twee à drie keer per jaar in de opnamestudio. Meer kan en wil ik ook niet doen, want het grote voordeel van een live uitvoering is dat je echt kan leven in het nu. Dat nu schenkt je steeds weer bijzonder veel artistieke vrijheid.

                                                                                                                                                                                 

door Mien Bogaert

© Marco Marco Borggreve

 

FR 03.05 | 20:00 | BOZAR

 

MUSSORGSKY & GONZÁLEZ-MONJAS PLAYS AND CONDUCTS MOZART (Symphonic Hour)

Pictures at an Exhibition

 

PROGRAMME

MozartViolin Concerto No. 4

Mussorgsky, Pictures at an Exhibition