Blog KEW 2024

Ontdek het leven achter de schermen van de Koningin Elisabethwedstrijd samen met onze hoboïst, Bram Nolf. Van gisteren tot zondag 02.06 deelt hij op Klara zijn dagelijkse ervaringen, zijn indrukken van de repetities en uitvoeringen in deze intense periode. Blijf ons volgen voor een exclusief kijkje in het dagelijks leven van een muzikant!

Lees zijn andere columns op zijn website.

 

Vrijdag 17.05.2024

 

Beste Vrienden van de Muziek,

 

Op algemeen verzoek schrijf ik dit jaar weer een verslag van de voorbereidingen op de finale van de Koningin Elisabeth Wedstrijd (KEW), vanuit mijn persoonlijk perspectief: mijn stoel in het Belgian National Orchestra (BNO), het orkest dat de finalisten zal begeleiden in de week van 27 mei.

Terwijl de halve finale nog in volle hevigheid woedt in Flagey, begon het BNO vandaag al aan de repetities voor de finale. Er staat veel werk op de lessenaar: het nieuwe plichtwerk en de keuzeconcerto’s van de kandidaten.

De dag begon met een indrukwekkende minuut stilte voor onze collega-violiste Yolanda Van Puyenbroeck, die na een slepende ziekte op 62-jarige leeftijd overleed. Het gebeurt (gelukkig) niet vaak dat het orkest op zo een trieste manier afscheid moet nemen van een actieve collega met wie jaren muziek en leed gedeeld werd. Rust in vrede, Yolanda …

 

Koudweg en noodgedwongen moesten we over naar de orde van de dag (the show must go on): de ochtendrepetitie werd besteed aan het nieuwe plichtwerk, Variations Litaniques van de Franse componist Thierry Escaich (spreek uit: ‘Eskesh’). Escaich leeft en werkt in Parijs (hij is er docent aan het conservatorium) maar vandaag was hij bij ons in Brussel om de eerste klanken op aarde van zijn vioolconcerto mee te maken. Het stuk is een reeks variaties op het gregoriaanse gezang ‘Veni Sancte Spiritus’ dat in de rooms-katholieke traditie weerklinkt op Pinksteren. We repeteerden vandaag zonder vioolsolo dus is het nog wat moeilijk om zich een beeld te vormen van dit stuk. De eerste indrukken zijn alvast heel positief: het is een erg rijk werk, met veel orkestrale kleuren en effecten, in een hedendaagse muziektaal uiteraard (maak u geen zorgen, het blijft allemaal heel ‘netjes’) en veel spectaculair slagwerk. Ik moest bij bepaalde passages denken aan Shostakovich en op een gegeven moment ook aan Arvo Pärt. Het stuk duurt 13 minuten en ik ben erg benieuwd om het te horen mét de vioolsolo erbij!

 

De rest van de dag werd besteed aan de keuzeconcerto’s. Op dit moment zijn er nog 24 kandidaten in de halve finale. Bij hun inschrijving voor het concours hebben alle kandidaten hun keuzeconcerto moeten vastleggen voor het geval ze de finale zouden bereiken. Velen kiezen uiteraard voor een van de vijf ‘standaardconcerto’s’: Beethoven (3 maal), Sibelius (3 maal), Tchaikovsky (4 maal), het eerste concerto van Shostakovich (4 maal) en Brahms (6 maal). Al deze stukken zitten intussen zowat in het DNA van het BNO en zouden, qua voorbereiding, niet al te veel problemen mogen geven. Maar daarnaast zijn er ook een aantal minder gespeelde concerto’s nog altijd in de running: Elgar (2 maal), de Schotse Fantasie van Bruch en het 2de concerto van Shostakovich. Die concerto’s vragen van het orkest extra voorbereiding! Hoewel het pas morgenavond laat duidelijk zal zijn of die minder bekende concerto’s de finale zullen halen, worden die vandaag en morgen toch al ‘preventief’ gerepeteerd. In de 9 dagen tussen de proclamatie na de halve finale en de start van de finale op maandag 27 mei is daar immers de tijd niet meer voor.

 

Het concerto van Elgar kreeg vandaag veel aandacht. De laatste keer dat we dit concerto speelden, was in 2009. Dat was met de Letse violiste Vineta Sareika, die toen in Waterloo aan de Muziekkapel Koningin Elisabeth studeerde. Ik herinner me dat ze heel indrukwekkend was op haar repetitie en we haar vanuit het orkest heel hoog zagen eindigen. Op haar finale-avond verliep het echter totaal niet zoals verhoopt. Het was toen ontiegelijk warm in de zaal, dat zal er ongetwijfeld veel mee te maken hebben gehad. Vineta werd een paar jaar na haar deelname aan de KEW concertmeester van de Filharmonie (tegenwoordig Antwerp Symphony Orchestra) en is vorig jaar zowaar concertmeester geworden in de Berliner Philharmoniker. Veel verder kun je het als orkestviolist niet brengen, denk ik. Knap!

 

In 1985 won de Taiwanese violist Nai-Yuan Hu de KEW met dit Elgar-concerto. Tijdens zijn optreden speelde zich enkele kilometer verder het Heizeldrama af. Nee, ik zat in 1985 nog niet in het BNO, maar ik herinner me dat ik die week worstelde met de vervelende keuze: studeren voor de examens op school of KEW kijken op televisie. Ik hoef u niet te vertellen wat het werd…

 

Elgars vioolconcerto is een ware monoliet: duurt meer dan 50 minuten en is een echte uitputtingsslag voor solist en orkest. Je kunt je de vraag stellen of het een goede keuze is voor de finale van de KEW, aangezien het wedstijdreglement slechts 50 minuten repetitie met het orkest voorziet. Dat betekent dus dat de kandidaat het stuk nauwelijks volledig kan doorspelen, laat staan dat er tijd zou zijn voor correcties of hernemingen. Gelukkig is er de dag vóór het optreden nog een generale repetitie waar de kandidaat kan beslissen om wat repetitieminuten van het plichtwerk af te snoepen ten voordele van het keuzeconcerto.

We eindigden de dag met de Schotse Fantasie van Bruch. Het laatste deel van dat stuk heeft een weinig voorkomende tempo-aanduiding: Allegro Guerriero. Waren alle oorlogen maar zo verheven als deze muziek, bedacht ik me …

 

Morgen meer KEW-nieuws!

 

Bram