“Al onze smakgeluiden zullen op de opname staan,” grapt percussionist Nico Schoeters terwijl hij samen met trompettist Ward Opsteyn aanschuift voor een interview tijdens hun lunchpauze. Het duo werkt aan de arrangementen voor een opvallende samenwerking tussen het BNO en de Brusselse rapper Scylla. Die ontbreekt aan tafel, maar de muzikale wereld van Scylla staat centraal in alles wat Ward en Nico vertellen.
NS: We hebben niets op papier, we vertrekken puur van de opnames van Scylla. Hij is bekend, dus zijn muziek is overal: op CD, op Spotify, op YouTube.
WO: We hadden ook geen andere keuze, Scylla is een intuïtieve muzikant, maar schrijft zijn muziek niet uit. Dus we noteren tekst en muziek en gaan dan aan de slag om deze voor het orkest uit te werken. Zo bouwen we de brug tussen de gemeenschappen: in Franstalig België is Scylla echt een grote naam, in Vlaanderen kennen we hem veel minder. En een brug tussen het ene publiek en het andere, tussen de fans van Scylla en zij die van symfonische muziek houden
Symfonische muziek is overal, alleen zijn we er ons vaak niet van bewust
WO: Zeker weten! Mensen horen veel meer symfonische muziek dan ze denken: in reclamefilmpjes, in de filmzaal. Je moet maar eens luisteren — niet enkel kijken — naar Star Wars of Pirates of the Caribbean: symfonische muziek is overal, alleen zijn we er ons vaak niet eens van bewust. Die bewustmaking behoort tot onze taak: mensen warm maken voor een symfonisch orkest en voor live optredens.
NS: Inderdaad, elk van ons heeft ‘zijn’ nummers. Maar we bekijken natuurlijk wel elkaars arrangementen om te zorgen dat de stijl van het geheel bewaard blijft. Dus in die zin werken we ook wel echt samen.
WO: Het zal je misschien verrassen, maar Scylla is sterk betrokken bij wat we doen. Hij kan natuurlijk bogen op twintig jaar carrière, en uit zijn vele albums legde hij een selectie aan nummers vast. We hebben vanaf het begin van het project uitvoerig met elkaar gesproken en tijdens het hele creatieve proces is hij bijzonder geëngageerd. Hij weet ook zeer goed wat hij wil. Wist je trouwens dat Scylla ook de naam is van een zeemonster?
NS: Echt?
WO: Ja, samen met Charybdis. Ze komen zelfs voor in een tv-serie, Chaos, over de Griekse godenwereld. NS Een leuk wist-je-dat’je, dat moet ik onthouden!
Het is een echt creatief proces dat ook het orkest laat schitteren. Zo voegt het BNO een reële meerwaarde toe aan het geheel.
NS: Dat is inderdaad erg typisch voor Scylla – en misschien atypisch voor vele andere rappers. Zijn muziek is erg poëtisch, intiem en heeft een zekere rust. Vaak wordt zijn rap enkel begeleid door een beat en door piano – de laatste jaren werkt hij vaak samen met een Franse pianist, Sofiane Pamart. En ook op zijn laatste album, Portes du désert (gereleased op 23 mei), is de piano prominent aanwezig.
WO: En net dat maakt het voor ons best wel uitdagend. Onze taak is het om het héle orkest te laten klinken en het palet open te trekken – dat was ook opdracht vanuit het orkest. Alle kleuren moeten aan bod kunnen komen.
NS: Dus we arrangeren niet alleen, we voegen ook muziek toe – extra passages voor het orkest die niet op Scylla’s opnames staan. Het is een echt creatief proces dat ook het orkest laat schitteren. Zo voegt het BNO een reële meerwaarde toe aan het geheel.
WO: Neen, want we spelen in deze productie niet eens mee (lacht). We arrangeren en staan daarnaast dirigent Dirk Brossé bij tijdens de repetities. De basis van het orkest zijn natuurlijk de strijkers. Het is onze taak als arrangeurs om daarnaast ook alle andere facetten van het orkestapparaat te laten zien en horen.
NS: We maakten eerder al verschillende arrangementen voor het BNO, zowel samen als apart. Voor deze opdracht hebben we meteen ja gezegd. Al blijft het wel spannend om voor je eigen collega’s te schrijven: als je de mensen kent die jouw arrangement zullen spelen, ben je toch extra kritisch. Met de opkomst hoeven we alvast niet in te zitten: de concerten van 6 en 7 november zijn al volledig uitverkocht en de verkoop voor het derde optreden op 10 november loopt als een trein. Dus als je nog wil komen: wacht niet te lang om je ticket te boeken!
NS: De Henry Le Bœufzaal is de beste zaal van België. Dat heeft als grote voordeel dat je er geen rekening mee hoeft te houden: alles klinkt, sowieso. De eigenlijke uitdaging wordt de balans tussen zanger en orkest. Omdat het programma zo akoestisch mogelijk moest blijven, wordt enkel de zang versterkt.