De Belgische mezzosopraan, theatermaakster en regisseuse Helene Bracke is al lang geen onbekende meer in het muziektheaterlandschap. In coronatijd liet ze zich opmerken met Donna Diva TV, een knotsgek cultuurprogramma voor kinderen. Haar meest recente voorstelling Loopneus (in samenwerking met Theater De Spiegel, voor de allerkleinsten) stond naast op heel wat Belgische podia ook al in de Elbphilharmonie Hamburg en in de Opéra de Paris. In opdracht van het Belgian National Orchestra werkt ze momenteel aan de winterproductie A la vie, à la mort – Voor altijd.
De jaarlijkse winterproductie van het Belgian National Orchestra is meestal lichtvoetig van aard. Jij koos echter voor de dood als overkoepelende thematiek …
Klopt! Dat thema stond al heel lang op mijn wenslijst en ik vind het best wel geschikt voor de tijd rond Kerstmis en Nieuwjaar. Net dan, op het jaarlijkse familiefeest, valt het op dat iemand er niet meer bij is. Hoe leg je die lege stoel uit aan je kinderen? En wanneer je feest viert zonder een geliefde is het gemis ook eens zo groot. In onze westerse samenleving wordt er niet graag gepraat over de dood, en al zeker niet met kinderen. We beginnen er liefst niet over, en als we het dan toch over de dood moeten hebben, verzinnen we iets over een sterretje aan de hemel of, in het geval van een huisdier, over een boerderij hier héél ver vandaan. We komen verdriet en gemis niet graag onder ogen en moffelen het liever weg. Vroeger lag het kerkhof rond de kerk, in het midden van het dorp. Vandaag liggen begraafplaatsen aan de rand van de stad en quasi niemand baart zijn geliefde nog vijf dagen lang thuis op. Toch vind ik het belangrijk om met kinderen over de dood te praten. Iedereen komt er namelijk vroeg of laat mee in aanraking. Kinderpsychiater en rouwdeskundige Uus Knops verwoordt dit heel mooi. Zij schrijft dat ze kinderen in de lente van hun leven de winter wil doen begrijpen. Dat vind ik een heel mooi doel.
Een muziektheatervoorstelling maken over de dood (voor kinderen) … hoe pak je dat precies aan?
Creëren, dat is voor mij je volledig laten gaan in je eigen fantasie. Bij deze voorstelling, met zo’n gevoelig thema, wilde ik kinderen echter geen zaken in de mond leggen en wilde ik mijn eigen verbeelding niet opdringen. Vrij vroeg in mijn maakproces heb ik dus besloten om kinderen aan het woord te laten. Zij zijn het die fantaseren! Ik ga gesprekken aan met kinderen die in rouw zijn (i.s.m. vzw Missing You, een organisatie die werkt met kinderen in rouw), maar ook met kinderen die nog nooit met de dood in aanraking zijn gekomen. Voor de gesprekken met de kinderen in rouw heb ik me vooraf geïnformeerd via boeken over kinderpsychologie en ben ik ten rade gegaan bij de vrijwilligers van vzw Missing You. Want hoe ga je een gesprek aan met een kind dat net zijn papa verloren is? Het was verhelderend te horen dat enkel en alleen een gesprek voeren over hun gemis en verdriet al helpt bij hun verwerkingsproces. Kinderen verwerken ook heel veel in hun fantasie en spel. Tijdens de gesprekken nodig ik hen dan ook uit om hun fantasie de vrije loop te laten. Soms komen hier heel grappige dingen uit voort! De gesprekken worden opgenomen en later selecteer ik fragmenten die we laten horen tijdens de voorstelling.
Wordt er in A la vie, à la mort – Voor altijd een bepaald verhaal verteld?
Jazeker! Ik heb op basis van de gesprekken met kinderen een dialoog geschreven tussen een Frans- en een Nederlandstalig kindje. Op scène zie je wat er zich in hun hoofd en in hun spel afspeelt. Het ene kindje heeft haar oma verloren. De papa van het andere kindje is ziek en zal sterven. Samen fantaseren ze over de dood en over het leven, ze spelen, voelen zich onbegrepen, maken ruzie en vinden troost. Op scène zie je de oma, die ikzelf als mezzosopraan vertolk, en de papa, die gespeeld en gezongen wordt door de bas Charles Dekeyser. Daarnaast staat er ook een clown op het podium: de ongelofelijk getalenteerde en wereldwijd gerenommeerde clown Anatoli Akerman. Ik ben enorm blij dat hij hiervoor naar België komt! Hij ontroerde mij tijdens Circus Roncalli in Hamburg. Hij is ook te zien bij Cirque du Soleil en in de film Dumbo van Tim Burton. Waarom een clown? De clown draagt een masker om zijn ware gevoelens te verbergen, maar een clown is ook een grappenmaker. Het perfecte personage om dit beladen thema luchtig en speels te houden. And yes, I want to put the fun in funeral! In mijn voorstelling heeft de clown de functie van een soort engel, een boodschapper tussen enerzijds het leven, de realiteit en anderzijds het hiernamaals, dat wat we hopen. Het doel van de clown is om ons gelukkig te maken, om ons te doen lachen. Iets wat ik ook heel belangrijk vind, lachen!
Welke rol speelt de muziek?
Muziek, en dan vooral klassieke muziek, onderhoudt een bijzondere relatie met rouwen. Heel veel mensen die zelden naar klassieke muziek luisteren, grijpen terug naar klassieke muziek wanneer ze van iemand afscheid moeten nemen. Ik vind dat heel bijzonder, maar ook heel begrijpelijk. Muziek ontroert en zorgt ervoor dat het net iets makkelijker is om je tranen te laten stromen. En huilen, dat lucht op! Voor A la vie, à la mort – Voor altijd mocht ik de muziek zelf kiezen. Natuurlijk heb ik niet enkel voor tranentrekkers gekozen, maar er is wel altijd een link met de dood. Het repertoire is een allegaartje geworden, van barokmuziek tot opzwepende arrangementen van Jacques Brel en Claude François. Verwacht je ook aan enkele stevige orkestwerken, die door het Belgian National Orchestra in grote bezetting worden gespeeld, zoals de wals uit Khachaturians Masquerade Suite en de beroemde Danse macabre van Camille Saint-Saëns.
Als mezzosopraan zal je zelf meezingen in de voorstelling. Kan je beschrijven hoe het voelt om soliste te zijn met een orkest in je rug?
Dat is telkens weer een ongelofelijke ervaring. Je voelt je echt gedragen door dat 80-koppige orkest. Misschien kan je zoiets nog het best omschrijven als een gigantische ‘kick’. Ik kijk enorm uit naar de repetities met het orkest en naar de voorstellingen zelf, maar momenteel geniet ik ook heel erg van de weg er naar toe: de gesprekken die ik voer met de kinderen, de opnames die ik maak met de acteurtjes. Het is heel erg intensief. Het is heel erg persoonlijk. Ik heb nog nooit zoveel geweend bij de voorbereiding van een voorstelling. Het is zo mooi en tegelijkertijd zo triestig. Een beetje zoals het leven zelf, maar het wordt draaglijk als we bij elkaar kunnen huilen. Finaal wil ik zeker geen tristesse creëren, maar opluchting.
Je bent ook bezig aan een podcast?
Inderdaad. De gesprekken met de kinderen zijn nog niet afgerond en we hebben nu al zo veel mooi en dankbaar materiaal kunnen verzamelen. Omdat het project mij zo ontroert, wil ik het graag een verder leven schenken en wil ik ook kinderen bereiken die niet naar Bozar konden komen. De podcast maak ik samen met vzw Missing You. Naast de kinderen, zullen we gesprekken aangaan met begeleiders, een psychologe en ook met volwassenen die als kind iemand dierbaar verloren hebben. Het doel is om te praten over de dood en gemis, om verdriet te normaliseren en om de schoonheid en de troost die muziek kan brengen te delen. De podcast zal in het voorjaar van 2025 te beluisteren zijn. Als de voorstelling bij kinderen een snaar raakt, als de podcast ergens in een klein klasje een opening creëert tot een broodnodig gesprek, dan is mijn missie volbracht.