Het Belgian National Orchestra bundelt krachten met koren van de Munt en Vlaams radiokoor voor de majestatische Achtste symfonie van Mahler.
“Al mijn vorige symfonieën waren slechts één grote prelude tot deze symfonie,” beweerde Mahler ooit, “het is mijn grootste verwezenlijking. Probeer je voor te stellen dat het hele universum begint te rinkelen en te weerklinken. Er zijn geen menselijke stemmen meer: het zijn ronddraaiende planeten en zonnen."
De Achtste symfonie was het laatste werk waarvan Mahler zelf, op 12 september 1910 in München, de première dirigeerde. Dat had heel wat voeten in de aarde, want de partituur schrijft een gigantisch orkest voor (met onder andere orgel, celesta en harmonium), maar liefst 8 zangsolisten, twee grote gemengde koren en een knapenkoor. Het eerste deel van de symfonie, dat een verklanking is van de Latijnse pinksterhymne Veni creator Spiritus, valt nog het best te vergelijken met een megalomaan motet. Het tweede, veel langere deel houdt het midden tussen een opera, een cantate en een oratorium, met Duitse teksten die afkomstig zijn uit de slotscène van Goethes Faust.
Het overkoepelende thema van Mahlers Achtste symfonie, (die hij opdroeg aan zijn vrouw Alma) is de liefde en de goddelijke genade. Op aarde stuiten beide principes op de zwakheid en de ontoereikendheid van de mens, waardoor men rusteloos blijft streven. Het Faust-personage, de scheppende en creatieve mens, is daar het ultieme symbool van. In hogere sferen en na zijn dood vindt Faust door de liefde en door de goddelijke genade uiteindelijk wel verlossing. De anders vaak pessimistisch ingestelde Mahler drukte met dit werk zijn vertrouwen uit in de eeuwigheid van de menselijke geest.
In het kader van de Mahlercyclus georganiseerd door de drie federale instellingen.
In synergie met de Munt.