Let's meet again! - Thomas Adès

Seizoenscomponist

 

Het Belgian National Orchestra, BOZAR en de Munt engageerden de Britse pianist, dirigent en componist Thomas Adès als seizoenscomponist. Zijn eerste opera, Powder Her Face, ging in 1995 in première en bracht hem internationale roem. Intussen bestelden ‘s werelds grootste orkesten reeds werk bij hem. Het Belgian National Orchestra verzorgt onder andere de Belgische première van zijn recent geschreven, bijzonder succesvol pianoconcerto. Tijd voor een gesprek met Thomas Adès.

 

Hoe zou u uw muzikale stijl omschrijven?

Melodisch, harmonisch en ritmisch. Nieuw ook, hoop ik. En divers, dat is misschien wel het belangrijkste. Omdat ik zelf ook uitvoerder ben – ik speel en dirigeer werk van Beethoven tot 21ste-eeuwse repertoire – ben ik natuurlijk een kind van de klassieke traditie. Wat mij daarbij bijzonder interesseert, is dat de geschiedenis geen rechte lijn vormt, maar eerder een spiraal of een cirkel. Het verleden keert terug in telkens andere vormen. Mijn muziek vertelt ook altijd verhalen, niet alleen de opera’s, maar ook de orkestwerken.


Eind januari dirigeert u zowel eigen werk als The Planets van Gustav Holst. Hoe verschillend is het om een partituur van iemand anders te dirigeren?

Eigen werk dirigeren voelt heel natuurlijk aan omdat je de muziek door en door kent. Op een bepaalde manier zit dat in je systeem. Wanneer ik partituren dirigeer van andere componisten, maak ik me die muziek even ‘eigen’ als de muziek die ikzelf heb geschreven. Om een zo goed mogelijke uitvoering af te leveren, moet ik het zenuwcentrum van de componist in kwestie bewonen.


Het pianoconcerto dat u eind januari dirigeert, is niet uw eerste werk voor piano en orkest …

Klopt, In Seven Days, in 2008 in première gegaan, is ook een soort pianoconcerto, maar dan met bijhorende videobeelden en geïnspireerd op het scheppingsverhaal. Daarnaast beschouw ik ook het Concerto Conciso, geschreven in 1997voor piano en ensemble, als een klein
pianoconcerto.


Heeft de pianist Kirill Gerstein, die ook in België de solopartij zal spelen, invloed gehad op het compositieproces?

Toen ik hoorde dat hij het pianoconcerto zou spelen, voelde ik me volledig vrij om datgene te schrijven wat ik echt wou. Ik heb me geen zorgen moeten maken over iets wat hij niet zou kunnen. Kirill Gerstein is een briljante man die niet alleen ongelofelijk vaardig is, maar daarnaast de muziek die hij uitvoert ook echt begrijpt. En hij heeft me niet teleurgesteld!


U voert ook een Inferno-suite uit. Vanwaar komt dit werk precies?

In opdracht van het Los Angeles Philharmonic en het Royal Opera House schrijf ik een driedeligDante-ballet, gebaseerd op La divina commedia. Het eerste deel, Inferno, ging in 2019 in première. Purgatorio en Paradiso werden door de aanhoudende gezondheidscrisis uitgesteld naar volgend seizoen. De muziek van dit ballet is een ode aan Franz Liszt. Het Dante-ballet verhoudt zich tot de werken van Liszt als Stravinsky’s Pulcinella zich verhoudt tot de werken van Pergolesi. In Rome voerde ik reeds een Inferno-suite op: enkele hoogtepunten uit het ballet tot orkestwerk gebundeld. Dat zullen we ook in Brussel doen. Een van de laatste delen, The Thieves, bijzonder pittig en geïnspireerd door Liszts demonische virtuositeit, is zeker van de partij!


Kent balletmuziek andere regels dan concertmuziek?

Dat er dansers op je muziek moeten bewegen, maakt inderdaad een groot verschil. Herhaling speelt in de partituur een belangrijke rol – en kan je met andere woorden veel interessanter inzetten. Balletmuziek moet ook steeds de juiste atmosfeer oproepen, moet je ergens heen kunnen transporteren … Ze is scenischer, narratiever, verbeeldingsrijker.


Uw pianoconcerto werd reeds wereldwijd uitgevoerd. Hoe gaat u om met al deze verschillende interpretaties? Is er een definitieve uitvoering of niet?

Orkesten verschillen enorm van elkaar: de manier waarop de blazers zich tot de strijkers verhouden, of hoe er precies met de percussie wordt gedialogeerd … Die nuances zijn te rijk om ze in woorden te kunnen vatten. Amerikaanse orkesten zijn ongelofelijk briljant, anderen dan weer zeer expressief … Ik heb natuurlijk mijn voorkeuren, maar voor de rest kan ik heel erg genieten van de diverse wijzen waarop mijn werk wordt uitgevoerd.


We leven in turbulente tijden. De gezondheidscrisis, de klimaatcrisis, de politieke crisissen … Bent u iemand die zich met zijn muziek maatschappelijk gaat engageren?

Maatschappelijke thema’s beroeren me natuurlijk. Maar als ik op een dag zou besluiten om ergens echt voor te gaan vechten, dan lijkt me het schrijven van een pianoconcerto niet de juiste ‘tool’. Beethoven was iemand met sterke politieke ideeën. Toch blijft het in verbinding brengen van zijn muziek met zijn overtuigingen altijd wat nattevingerwerk. Had Beethoven concrete referenties gemaakt naar de vroeg-18de-eeuwse politiek, dan was hij voor ons veel minder interessant geweest. De Negende kan als voorbeeld gelden: die symfonie communiceert een ideaal van een mensheid die één wordt, van algemene broederlijkheid. Dat alles daarbij abstract blijft, is een ongelofelijke sterkte. Natuurlijk is het wel zo dat de passies die je voelt in het alledaagse leven onbewust doorstromen in de composities die je schrijft.