Hugh Wolff - Het publiek emotioneel raken blijft onze missie

De Koningin Elisabethwedstrijd voor piano gaat zijn laatste, meest spannende week in. Zes pianisten zullen de jury in evenveel concerten van hun talent proberen te overtuigen. Tijd voor een gesprek met Hugh Wolff, chef-dirigent van het Belgian National Orchestra en de persoon die zowel het orkest als de solisten veilig doorheen de finaleweek zal loodsen.

Na de editie van 2019 is dit de tweede Koningin Elisabethwedstrijd die je dirigeert. Heb je zelf ooit als instrumentalist deelgenomen aan gelijkaardige wedstrijden?

Jazeker, toen ik nog een jonge pianist was! Ik deed mee aan zowel kleine, lokale wedstrijden – zo begint het altijd – als grote, bijvoorbeeld de Montreal International Musical Competition in 1976. Voor jonge instrumentalisten zijn wedstrijden een ongelofelijke hulp: door de grote hoeveelheid repertoire dat je moet leren, heb je een doel en ben je gemotiveerd. Wedstrijden zijn aan de andere kant wel altijd subjectief en je hebt heel wat veerkracht nodig om als je verliest (en dat doe je meestal, want er kan maar één iemand winnen) daarna de draad terug op te nemen.

De Koningin Elisabethwedstrijd toont een nieuwe generatie van muzikanten. Is de muziekscène de laatste jaren veel veranderd? En is deelnemen aan wedstrijden vandaag een noodzakelijke voorwaarde om jezelf als solist te lanceren?

Nee, deelnemen aan wedstrijden vormt slechts één weg. Er zijn vele voorbeelden van topsolisten die nooit met een wedstrijd hebben meegedaan. Denk bijvoorbeeld maar aan Yo-Yo Ma, Joshua Bell, Gil Shaham en Steven Isserlis. Het technische niveau ligt vandaag extreem hoog, misschien zelfs hoger dan 20 jaar geleden, maar daarnaast zijn er nog vele andere kwaliteiten nodig om als solist door te breken.

Kan je ons een korte introductie geven tot het opgelegde werk D’un Jardin Féerique, geschreven door Bruno Mantovani?

Mantovani’s compositie is een prachtig werk: atmosferisch en elegant! De kleuren doen denken aan de muziek van Ravel en Messiaen. Mantovani putte naar alle waarschijnlijkheid inspiratie uit de beweging Le jardin féerique, een van de delen van Ravels concertsuite Ma Mère L’Oye. Mantovani’s partituur is echter niet gemakkelijk uit te voeren, vooral omdat zijn muzieknotatie moeilijk doorgrondbaar is. Er zijn heel wat details die de solist zelf moet invullen – bijvoorbeeld hoe de noten te verdelen zijn tussen de twee handen.

Dit jaar wordt er zonder publiek gespeeld. De finalisten zullen zich hierdoor, enkel geconfronteerd met een strenge jury, misschien minder op hun gemak voelen. Hoe zorg je ervoor dat ze zich toch comfortabel voelen op het podium?

In onze hoofden spelen we zes echte concerten – en introduceren we zes bijzonder getalenteerde mensen bij een nieuwsgierig publiek. Muziek maken draait steeds rond mensen emotioneel raken, hen in verrukking brengen. Een wedstrijdcontext brengt daar geen verandering in. Met of zonder publiek in de hal, publiek raken en het in verrukking brengen blijft onze missie. Ook de jury wil emotioneel geraakt worden. Met technische perfectie alleen kom je er niet.
 

Drie finalisten hebben de Russische nationaliteit en alle drie spelen ze een Russisch concerto. Toeval of niet? En moet je een Rus zijn om Russische muziek uit te voeren?

Onderschat niet hoe internationaal de solisten zijn. Van de drie Russen leeft er maar één effectief in Rusland. De andere twee wonen in Duitsland en in Bulgarije. De twee Japanse finalisten leven in Hannover en in Parijs. Ik geloof ook niet dat Russische muziek iets is wat alleen Russische musici kunnen doorgronden. Maar natuurlijk word je wel beïnvloed door de muziek die je hoort als je opgroeit. Muzikanten zullen steeds kiezen voor het stuk waarmee ze de beste verbinding hebben.
 

Hoe moeilijk is het,  voor orkestleden en voor jou, om het verdict van de jury te horen – en je daar bij neer te leggen?

Elkeen heeft natuurlijk een mening over de solisten. De kans dat al deze meningen dezelfde zijn en dan ook nog eens gelijklopen met het verdict van de jury is quasi onbestaande. Mijn job en de job van het orkest is echter garanderen dat elke finalist in deze bijzonder stresserende omstandigheden de best mogelijke en meest comfortabele concertervaring heeft. Het enige wat voor ons telt, los van onze persoonlijke meningen, is dat de finalisten het beste uit zichzelf kunnen halen.
 

Zijn solisten die wedstrijden winnen automatisch de beste instrumentalisten om als orkest mee samen te werken?

Goed kunnen samenwerken met een orkest en wedstrijden winnen zijn twee zaken die volledig los van elkaar staan. De solisten waarmee het goed samenwerken is, zijn meestal muzikanten die een hart hebben voor kamermuziek – en die zelf ook veel kamermuziek gespeeld hebben. Dat is een grote hulp bij en een goede voorbereiding op het spelen van concerti. Maar dat is natuurlijk niet de enige weg …
 

Veel succes gewenst!